maandag 6 juli 2009

Gratis patroon gehaakte bloem


Alsjeblieft, de beschrijving van mijn befaamde bloemetje, gratis en voor niks voor jou! Als je nou toch je dankbaarheid financieel wilt tonen kan je me hier rechts of onderaan het artikel een paar $miles geven.
Svp niet commercieel gebruiken tenzij het voor een bazaar of een ander goed doel is. Ook vind ik het oke als je het in een groter object dat je te koop aanbiedt als versiering gebruikt, maar dan wel graag met vermelding van mijn naam en winkel (zie onderaan).

Dit ontwerp is een door mijzelf uitgedokterde variatie op het traditionele Ierse roosje dat je in elk goed haakboek moet kunnen vinden. Het hart van het Ierse roosje heeft gaten en ziet eruit als een soort wagenwiel. Dat komt doordat het hartje op dezelfde manier op boogjes wordt gehaakt als de buitenste randen bloemblaadjes. Hierdoor kun je het niet mooi op een speldje of haarspeld bevestigen.

Daarom heb ik een roosje ontwikkeld met een gesloten midden zonder boogjes. Met deze duidelijke stap-voor-stap beschrijving kan iedereen het nu zelf maken. Ook beginners! Ik ga er wel vanuit dat je de basistechniek van het haken enigszins beheerst. Dat wil zeggen dat je lossen, vasten, halve vasten, stokjes en halve stokjes kunt haken.

Naald- en materiaalkeuze.
Gebruik in elk geval de dunste naald die het garen aangeeft, maar het liefst nog een maat dunner. Hoe strakker je haakt, hoe beter het driedimensionale effect van dit ontwerp uitkomt, zeker als je katoen gebruikt. Wol heeft van zichzelf meer de neiging om op te krullen dan (zachte) katoen. Als je voor wol kiest, kun je wel met een normale naaldkeuze al een heel aardig resultaat krijgen. Aan te raden voor beginners dus.

Opzet.
Haak 4 lossen en sluit de ring met een halve vaste.

Eerste toer: vasten.
Haak 1 losse, vervolgens 7 vasten. Steek de naald onder de lossen, niet erin. Haak het opzetdraadje onder de 2 laatste steken en sluit de toer met een halve vaste in de halve vaste waarmee je de voorgaande toer heb gesloten. Trek na de toer het opzetdraadje ietsje aan om de eerste en laatste steek mooi tegen elkaar aan te trekken. Dit wordt op deze manier mooier dan wanneer je het achteraf wegsteekt.

Tweede toer: stokjes.
Haak 2 lossen. Haak nu in elke vaste van de voorgaande toer 2 stokjes. Je hebt nu 14 stokjes. Het 15e stokje haak je in de lus van de halve vaste die je hebt gebruikt om de toer te sluiten. De keerlossen staan voor het 16e stokje. Sluit de toer met een halve vaste in de 2e losse daarvan.

Derde toer: het kransje in het hart.
Haak 1 losse. In de eerste steek van deze toer komt een vaste. In de tweede steek haak je 1 half stokje, 1 stokje en nog een half stokje. In de volgende steek weer een vaste en dan weer dat groepje van drie. Dit herhaal je tot het einde van de toer. Je komt uit met een vaste in de 15e steek, je laatste echte stokje. Er moet echter nog een groepje van half stokje, stokje, half stokje bij. Dit haak je weer in de lus van de halve vaste waarmee je de voorgaande toer had gesloten. Sluit nu ook deze toer weer met een halve vaste (in de halve vaste van de voorgaande toer).

Vierde toer: het raamwerk waarop de eerste rand blaadjes wordt gehaakt.
Nu volgt het ingewikkeldste deel. Haak 2 lossen en keer het werk om. Bij het traditionele Ierse roosje is op deze plek 1 losse voldoende, maar dat trekt bij mijn ontwerp het randje omlaag en dat is geen mooi gezicht. Bij de volgende randen is 1 losse wel voldoende. Je gaat dus aan de achterkant verder. Steek de naald (dwars) onder het stokje dat onder je eerste vaste van de toer ligt. Sla de draad om je naald en haak 1 vaste. Haak nu 5 lossen. Maak een omslag en haak een stokje om het stokje dat onder de volgende vaste ligt (= 1 stokje overslaan). Haak nu 3 lossen en maak dan het volgende stokje. Na het laatste stokje haak je nog drie lossen en sluit dan de toer met een halve vaste in de 2e losse van de ketting waarmee je de toer bent begonnen.

Vijfde toer: de eerste rand bloemblaadjes.
Haak 1 losse en keer het werk weer om. De rest van de werkwijze is nu identiek aan die van het Ierse roosje. Let echter nog wel even op mijn speciale afwerkingstip!! Je hebt nu een rand van boogjes onder het werkje gehaakt. Haak nu om het eerste boogje 1 vaste, 1 half stokje, 3 stokjes, 1 half stokje en 1 vaste. Herhaal dit bij alle boogjes. Sluit de toer met een halve vaste. Je kunt nu naar wens afhechten of nog een rand haken.

Optioneel: tweede rand blaadjes.
Je haakt eerst weer een raamwerk van boogjes. Haak 1 losse en keer het werk weer om. Haak 1 vaste om het stokje dat onder je naald ligt. Haak 6 lossen. Maak een omslag en haak een stokje om het volgende stokje. Haak 4 lossen en weer een stokje. Je eindigt weer met 4 lossen en sluit met een halve vaste in de 2e losse van de ketting waarmee je de toer bent begonnen. Haak weer 1 losse voor het keren. Vul de boogjes op dezelfde manier als de eerste rand, maar haak 5 stokjes in plaats van drie. Je kunt in principe zoveel randen toevoegen als je zelf wilt. Elke keer voeg je 1 losse aan het boogje en 2 stokjes aan het blaadje toe.

Afwerking.
Knip de draad af en trek hem door de laatste steek. Steek de draad met een stopnaald door de eerste vaste van de toer heen. Trek de draad stevig aan. Doordat ze op de lossen ‘staan’ en niet op een stokje, trekken de laatste twee blaadjes altijd een beetje naar één kant toe, waardoor het roosje niet mooi rond is. Dit los je op door de afhechtdraad met een paar overhandse steken door de rijen lossen heen te trekken. Trek de draad nu ietsje aan zodat de blaadjes iets meer naar het midden getrokken worden en zet de draad met een paar knoopsteekjes vast in de onderste steken. Met het opzetdraadje kun je het roosje ergens opnaaien, of er bijvoorbeeld een kraaltje mee in het hart van het roosje bevestigen. Anders hecht je het gewoon af.

Gefeliciteerd, je roosje is klaar!

Tips.
Experimenteer met kleurtjes, kraaltjes en (aparte) materialen. Wat dacht je van raffia? Of rolgordijnkoord!
Je kunt het roosje op je kleding naaien, met textiellijm ergens opplakken of er een broche of haarspeld van maken. Bedenk zelf maar wat. Als je het roosje niet op een speldje doet, maar opnaait of plakt, zet dan de onderste blaadjes vast, dan krullen ze niet op. Vind ik persoonlijk het mooiste.

Succes en heel veel plezier met haken!

Astrid Sikkema

Toch liever kopen? Winkel: http://lechatcrochet.etsy.com/